Rekenen aan beweging
Natuurkunde voor niveau vwo 2, havo 4, havo, vwo, havo 3, vwo 3, vwo 4, havo 2, vwo, 2, vwo, 3, vwo, 4
Rekenen met snelheid en versnelling
versnelling, snelheid, rekenen
Hieronder zie je de dia’s inclusief toelichting. Gebruik de knop hieronder om de presentatie (Powerpoint) te downloaden.
Download presentatie (.pptx)

De gemiddelde snelheid kan worden berekend met š£gem=š /š”
Hierin isĀ š Ā de totale afstand die volgt uit de oppervlaktemethode:Ā š =1ā
60+0,5ā
120=120Ā km
De totale tijdĀ š”Ā bedraagtĀ 1,5Ā h.
Invullen geeft: š£gem=120Ā km/1,5Ā h=80Ā Ā km/h
Misvatting: Je kun de gemiddelde snelheid niet altijd berekenen met š£gem=š£begin+š£šššš2. Dat kan alleen als de snelheid gelijkmatig toe- of afneemt.
A Nu vergeet je dat de auto daarna nog een half uur met 120 km/h heeft gereden
B correct!
C Je rijdt langer metĀ 60Ā km/h60Ā km/hĀ dan metĀ 120Ā km/h120Ā km/h. Dat heeft invloed op de gemiddelde snelheid. Bereken dus eerst de totale afgelegde weg (met behulp van de oppervlaktemethode).
D Nu vergeet je dat de auto in het begin een half uur met 60 km/h heeft gereden
De gemiddelde snelheid kan worden berekend met š£gem=š /š”
Hierin isĀ š Ā de totale afstand die volgt uit de oppervlaktemethode:Ā š =1ā
60+0,5ā
120=120Ā km
De totale tijdĀ š”Ā bedraagtĀ 1,5Ā h.
Invullen geeft: š£gem=120Ā km/1,5Ā h=80Ā Ā km/h
Misvatting: Je kun de gemiddelde snelheid niet altijd berekenen met š£_gem=(š£_begin+š£_šššš)/2. Dat kan alleen als de snelheid gelijkmatig toe- of afneemt.
A Nu vergeet je dat de auto daarna nog een half uur met 120 km/h heeft gereden
B correct!
C Je rijdt langer metĀ 60Ā km/h60Ā km/hĀ dan metĀ 120Ā km/h120Ā km/h. Dat heeft invloed op de gemiddelde snelheid. Bereken dus eerst de totale afgelegde weg (met behulp van de oppervlaktemethode).
D Nu vergeet je dat de auto in het begin een half uur met 60 km/h heeft gereden

Je rijdt langer 5 m/s dan 10 m/s. Bij het berekenen van het gemiddelde snelheid heeft de kleinere snelheid dus āmeer invloedā. De gemiddelde snelheid is dus iets kleiner dan het gemiddelde tussen 5 m/s en 10 m/s (dus kleiner dan 7,5 m/s)
In het eerste deel is de afstand: s = 10 x 10 = 100 m. In het tweede deel is de afstand: s = 5 x 20 = 100 m. De gemiddelde snelheid is dan 200 /30 = 6,7 m/s
Misvatting: Je kun de gemiddelde snelheid niet altijd berekenen met š£gem=š£begin+š£šššš2. Dat kan alleen als de snelheid gelijkmatig toe- of afneemt.
A Correct.
B Je rijdt langer metĀ 5Ā m/sĀ dan metĀ 10Ā m/s. Dat heeft invloed op de gemiddelde snelheid. Het gemiddelde is dus niet (5+10)/2= 7,5 m/s.
C Je rijdt langer met 5Ā m/sĀ dan metĀ 10Ā m/s. Daardoor is de gemiddelde snelheid juistĀ lagerĀ danĀ 7,5Ā m/s
Je rijdt langer 5 m/s dan 10 m/s. Bij het berekenen van het gemiddelde snelheid heeft de kleinere snelheid dus āmeer invloedā. De gemiddelde snelheid is dus iets kleiner dan het gemiddelde tussen 5 m/s en 10 m/s (dus kleiner dan 7,5 m/s)
In het eerste deel is de afstand: s = 10 x 10 = 100 m. In het tweede deel is de afstand: s = 5 x 20 = 100 m. De gemiddelde snelheid is dan 200 /30 = 6,7 m/s
Misvatting: Je kun de gemiddelde snelheid niet altijd berekenen met š£_gem=(š£_begin+š£_šššš)/2. Dat kan alleen als de snelheid gelijkmatig toe- of afneemt.
A Correct.
B Je rijdt langer metĀ 5Ā m/sĀ dan metĀ 10Ā m/s. Dat heeft invloed op de gemiddelde snelheid. Het gemiddelde is dus niet (5+10)/2= 7,5 m/s.
C Je rijdt langer met 5Ā m/sĀ dan metĀ 10Ā m/s. Daardoor is de gemiddelde snelheid juistĀ lagerĀ danĀ 7,5Ā m/s

Stel de afstand is 10 km. Dan duurt de heenweg 0,5h, en de terugweg 1h. Je bent dus 1,5h onderweg om 20 km af te leggen.
Dan is je gemiddelde snelheid 20/1,5 = 13,33 km/h
Misvatting: Je kun de gemiddelde snelheid niet altijd berekenen met š£gem=š£begin+š£šššš2. Dat kan alleen als de snelheid gelijkmatig toe- of afneemt.
A Je vergeet dat je op de heenweg 20 km/h fietst. Daardoor is je gemiddelde snelheid in ieder geval groter dan 10 km/h.
B correct!
C Je denkt waarschijnlijk dat je de snelheden mag middelen. het gemiddelde van 10 en 20 is 15. Maar bedenk je de terugweg, door de lagere snelheid, ook veel langer duurt. Je bent dus langerĀ 10km/h aan het fietsen danĀ km/h. Het fietsen metĀ 10km/h ’telt dus zwaarder meeā.
D De heenweg (20 km/h) duurt korter dan de terugweg (10 km/h). Daardoor telt de 10 km/h zwaarder mee voor de gemiddelde snelheid. En daarom ligt je gemiddelde snelheidĀ onderĀ de 15 km/h.
E Je vergeet dat je op de terugweg maar 10 km/h fietst. Daarom is je gemiddelde snelheid in ieder geval kleiner dan 20 km/h
Stel de afstand is 10 km. Dan duurt de heenweg 0,5h, en de terugweg 1h. Je bent dus 1,5h onderweg om 20 km af te leggen.
Dan is je gemiddelde snelheid 20/1,5 = 13,33 km/h
Misvatting: Je kun de gemiddelde snelheid niet altijd berekenen met š£_gem=(š£_begin+š£_šššš)/2. Dat kan alleen als de snelheid gelijkmatig toe- of afneemt.
A Je vergeet dat je op de heenweg 20 km/h fietst. Daardoor is je gemiddelde snelheid in ieder geval groter dan 10 km/h.
B correct!
C Je denkt waarschijnlijk dat je de snelheden mag middelen. het gemiddelde van 10 en 20 is 15. Maar bedenk je de terugweg, door de lagere snelheid, ook veel langer duurt. Je bent dus langerĀ 10km/h aan het fietsen danĀ km/h. Het fietsen metĀ 10km/h ’telt dus zwaarder meeā.
D De heenweg (20 km/h) duurt korter dan de terugweg (10 km/h). Daardoor telt de 10 km/h zwaarder mee voor de gemiddelde snelheid. En daarom ligt je gemiddelde snelheidĀ onderĀ de 15 km/h.
E Je vergeet dat je op de terugweg maar 10 km/h fietst. Daarom is je gemiddelde snelheid in ieder geval kleiner dan 20 km/h

De versnelling van een vallend voorwerp is 9,81Ā m/s. Er geldtĀ Īš£=šā
Īš”=9,81ā
2=19,62 m/s.
Hij begint in stilstand, dus dit is meteen ook de eindsnelheid.
Misvatting: Voorwerpen vallen altijd met 9,81 m/s
A Je probeert de gemiddelde snelheid te berekenen metĀ š£gem=(š£š+š£š)/2āā. Maar hier wordt gevraagd naar deĀ eindsnelheid.
B Je denkt misschien dat vallende voorwerpen metĀ 9,81Ā m/s Ā bewegen. Maar het is juist de versnelling,Ā š, die gelijk is aanĀ 9,81Ā mĀ sā2
C Correct.
D Je hebt een 2x te grote snelheid uitgerekend. Misschien heb je geprobeerd om van de gemiddelde snelheid naar de eindsnelheid te gaan. Maar metĀ Īš£=šā
Īš”bereken je de eindsnelheid.

De vragen en toelichtingen vallen onder een CC BY-SA 4.0 licentie https://creativecommons.org/licenses/by-sa/4.0